Kantoor WIT

nieuwbouw architectenkantoor

Projectdata

Opdrachtgever: 
Jan De Rop en Guido Geenen
Plaats: 
Leuven
Ontwerp: 
2001
Realisatie: 
2008
Status: 
gerealiseerd
Samenwerking: 
BAS (stabiliteit)

Het pand aan de voet van de keizersberg herbergt een kantoor.  De belendende bebouwing toont het al:  bouwen staat hier onwillekeurig gelijk aan het omgaan met de steile helling - de berg bedwingen, dat is waar het eigenlijk om gaat.  Er moet in worden gesneden.  Het ontwerp van het pand is eigenlijk niet veel meer dan snede.  Een wand met nissen fungeert als forse keermuur.  Hij bedwingt de berg; wint plaats op de berg.  De wand plooit zich en wint zo de nodige sterkte. In de nissen van de wand die daarbij ontstaan vinden alle dienende ruimtes een plek. Trappen, sanitair, berging, een kitchenette, een printkot.  Wat onnodig is, wordt vide en vangt licht, tot helemaal beneden in het pand.  Het plooien met de wand gebeurt dus zowel in plan als in snede.

De nissenwand wint plaats op de berg.  Hij herbergt het bijkomstige zodat de gewonnen ruimte vrij is van beslommering.  Hier gaat geen vernuft meer in plooien, snijden, ineenklikken.  Tussen nissenwand en vliesgevel vooraan is het recht toe recht aan.  Opgebouwd uit een lichte geprefabriceerde structuur wordt het hoofdvolume in staal en hout gewoon een stapel vrije ruimtes.  Zo levert elke étage een complementair tweespan, een samengaan van besloten én open, solide én licht, raumplan én plan libre.  Deel en tegendeel. 

Morgen herbergt het pand evengoed een tweewoonst of doet het dienst als riant grote woning,  als handelsruimte met woonst, of omgekeerd.  Plaatsing van circulatie en dienstruimten laten zondermeer allerhande gebruikswissels toe.  Typologie wordt door architectuurtheoretici wel eens begrepen als variatieleer: de variatie die met een type kan worden aangemaakt.  Hier wordt een type naar voor geschoven dat de variatiemogelijkheid  gewoon in zich draagt.